computerwoorden.nl
Nederlands Computerwoordenboek
Home | Blog
In het SNMP-model bevindt zich op elk netwerkapparaat dat wordt beheerd een softwareonderdeel dat de 'agent' wordt genoemd. De agent verzamelt informatie over het apparaat in een goed gedefinieerde structuur. De agent is verantwoordelijk voor het reageren op queries en het doorgeven van opdrachten voor het netwerkapparaat. Als een agent een verzoek ontvangt, controleert hij eerst of dat verzoek afkomstig is van zijn eigen gebruikersgroep. Als dat het geval is, raadpleegt de agent de MIB voor die aanvraag. Vervolgens reageert de agent door de aangevraagde waarde te sturen naar de SNMP-manager die is geconfigureerd voor die gebruikersgroep en agent. Als het verzoek een set-verzoek is dat niet afkomstig is van de eigen gebruikersgroep wijzigt de agent de waarde. De agent kan ook ongevraagd een trap-bericht sturen naar zijn SNMP-manager om te waarschuwen voor ongewenste communicatie met een niet-geautoriseerde SNMP-manager. Onjuiste wachtwoorden behoren tot de communicatievormen die een trap-bericht veroorzaken. Geactiveerde agents wachten op SNMP-verzoeken van de manager. Als er een verzoek is ontvangen, voert de agent de aangevraagde get-, get…next- en set-bewerkingen uit. De enige bewerking die spontaan wordt uitgevoerd is de trap, die de manager waarschuwt als een apparaat is gestart, gestopt of extreem wordt belast, bijvoorbeeld als de harde schijf vol is. De computer luistert standaard naar poort 161 en poort 162 voor traps. U kunt SNMP alleen op Windows 95- en Windows NT-computers gebruiken als het Register is aangepast voor het gebruik van SNMP.

Verwijder dit woord van de printlijst